woensdag 28 december 2011

De gebroeders Lumière kregen deeerst betalende bezoekers voor een filmvoorstelling binnen

Gebroeders Auguste en Louis Lumière.
Betalende bezoekers
Op 28 december 1895 hebben de gebroeders Lumière, uitvinders en filmpioniers ─ Auguste (1862-1954) en Louis (1864-1948) ─ voor de eerste keer een filmvoorstelling gegeven voor een betalend publiek. De film in kwestie droeg de titel Lunchpauze in de fabriek, en werd opgenomen in hun eigen bedrijf te Lyon.
Twee jaar tevoren hadden ze, volgens de hardnekkig aanhoudende overlevering, de eerste filmcamera uitgevonden: de cinématographe, die de oorsprong van het woord cinéma zou worden.

De enige ware pionier
Anderen dan de aanhangers van de gebroeders Lumière zien in de Brit William Friese-Greene (1855-1921) de enige ware pionier van de cinematografie, die tevens internationale vermaardheid verwierf als portretfotograaf. Daarover heb ik onder meer bericht in de tijd dat ik bijdragen leverde aan de fin de siècle website All art is quite useless van Rond1900.nl. Het artikel in kwestie ─ dat direct heel veel belangstelling heeft getrokken ─ is op die site verschenen op 5 december 2009.

vrijdag 23 december 2011

Op deze dag in 1888 sneed een depressieve Vincent van Gogh een deel van zijn linkeroor af

Vincent van Gogh met linkeroor nog intact.
Zelfportret uit de jaren 186-1887.
Paul Gauguin. Foto uit 1891.
De beroemdste ─ gezien het gebeuren zou het beter zijn te spreken van de beruchtste ─ zelfverminking uit de geschiedenis der beeldende kunsten is die, welke op 23 december 1888 heeft plaatsgehad. De schilder Vincent van Gogh (1853-1890) sneed een deel van zijn linker oor af, nadat hij in een diepe depressie was vervallen als gevolg van het vertrek van zijn collega Paul Gauguin (1848-1903) uit hun gezamenlijke woning en het daaraan verbonden atelier in de Franse plaats Arlès. Niet alleen als gevolg van het feit dat deze beide groite kunstenaars van het fin de siècle aldaar hebben geleefd, is die plaats in kringen der kunsten wereldvermaard: ook de suites uit L'Arlésienne ─ Het meisje uit Arlès 1872, naar een stuk van Alphonse Daudet (1840-1897) ─ van de Fransce componist Georges Bizet (1838-1875) staan nog steeds op de lijsten van uit te voeren werken van elk zichzelf respecterend symfonieorkest ter wereld.

zondag 18 december 2011

Geboortedag van de Duits-Zwitserse avantgarde kunstenaar Paul Klee heden herdacht

Vandaag is het honderd tweeëndertig jaar geleden dat de avantgarde kunstenaar Paul Klee in het Zwitserse is Münchenbuchsee ─ in de buurt van de hoofdstad Bern ─ werd geboren. Hij wordt zowel als Duitser, alsook als Zwitser beschouwd. Hij vertegenwoordigt nog altijd allerlei stromingen binnen de schilderkunst: het expressionisme, het kubisme en het surrealisme. Hij schilderde niet alleen, maar kon zich ook heel goed uiten in muziek, de tekenkunst, en daarnevens heeft hij gedichten geschreven. Uit die laatste discipline heeft de Nederlander Ton de Kruyf een compositie voor sopraan en ensemble gerealiseerd met de titel Einst dem Grau.
____________
Afbeelding: 'Meine Bude' (Mijn kamer) uit 1896. Pen en inkt, gewast. ca. 12 cm x 19 cm. Het stuk bevindt zich in de collectie van de Klee Stiftung in het Zwitserse Bern.

dinsdag 6 december 2011

Een exemplaar van de derde druk uit 1883 van Van Mauriks Uit het Volk voor een halve euro

Eén dag voordat ik een gebonden exemplaar van de derde druk, uit 1883, van Uit het Volk ─ Amsterdamsche Novellen van Justus van Maurik Junior (1846-1904), voor het eerst verschenen in 1879, in een stapel met definitieve opruimingsboeken vond voor het luttele bedrag van vijftig cents, kostte het nog tien euro. De beperkte ruimte in de middelgrote winkel en de daarbij behorende magazijnen heeft de eigenaren al enige tijd geleden doen besluiten om ─ uitzonderingen daargelaten ─ boeken die langer dan twee jaar in de winkel staan, hetzij aanzienlijk in prijs te verlagen, dan wel dat heel drastisch te doen en de boeken in kwestie te dumpen in kratten, dozen en stapels, waaruit men voor een halve euro per stuk mag kiezen.
De rode linnen band is goed geconserveerd; de rug wel iets minder dan het voorplat, waarvan u hiernaast het centrale gedeelte ziet afgebeeld.
De verzameling telt 266 bladzijden met in totaal negentien verhalen, waarvan sommige ─ zes, zeven en vier ─ tot een groter geheel behoren. Het boek is voorzien van acht platen door Johan Braakensiek (1858-1940) ─ leerling van David Bles ─  vervaardigd "naar schetsen van de schrijver". Daarvan hebben we ook een zeer karakteristiek exemplaar in dit artikel opgenomen.


zondag 4 december 2011

Words and music over Vier Temperamenten zonder de Tweede Symfonie van Carl Nielsen

De Deense grootmeester 
der muziek: Carl Nielsen.
Hedenavond wordt door de Britse cultuurzender BBC Radio 3 weer ─ want zoals gebruikelijk op de zondagavond ─ een aflevering uitgezonden van het programma Words and music, waarin aandacht wordt besteed aan één thema ─ deze keer is dat Vier Temperamenten ─ en daarbij worden, meestentijds door een man en een vrouw, voordrachten gehouden. Ook dat geschiedt op zondag 4 december net als anders. Joe Dunlop en Joanne Tope zijn degenen, die letterlijk aan het woord komen.

Qua letteren hebben zij gekozen uit teksten van Engelse dichters, die de laatste zeven eeuwen hebben geleefd. Voor de muziek is eveneens voornamelijk gekozen voor stukken van Engelse componisten, met daarnaast de Grootmeester van de negentiende Oostenrijkse muziek, die de onsterfelijkheid heeft weten te bereiken: Anton Bruckner (1824-1896).

Opvallend is echter, in deze context, dat de Deense componist Carl Nielsen (1865-1931) niet aan bod komt. Hij is de enige die een symfonie heeft gecomponeerd die als ondertitel De fir temperamenter draagt. Het heeft opusnummer 16 en werd gerealiseerd aan het begin van de twintigste eeuw, in de jaren 1901-1902. Daarin is op heldere wijze het verschil te horen tussen de vier bestaande temperamenten, die successievelijk worden voorgesteld in de respectieve delen: cholerisch; flegmatisch; melancholisch; sanguinisch.
Binnen enkele jaren heb ik die symfonie tweemaal gehoord: beide keren in Groningen. De eerste keer door het (toen nog) Noordelijk Filharmonisch Orkest onder leiding van de Noorse gastdirigent Per Dreier; enkele seizoenen daarna tijdens een concert door het Odense Symfonieorkest onder leiding van Borge Wagner. Dat Deense ensemble uit Groningens zusterstad in Denemarken maakte toen een tournee door ons land, met violiste Emmy Verhey.


zaterdag 3 december 2011

Op 3 december 1894 overleed de schrijver van Dr. Jekyll and Mr. Hyde

De grootste roem heeft de op 3 december 1894 overleden Robert Louis Balfour Stevenson vergaard met twee boeken: The Strange Case of Dr. Jeyll and Mr. Hyde (1886): voer voor psychologen, psychoanaltici en eventueel een heel team van voortreffelijkje psychiaters. De andere roman is Treasure Island (1883) [1], een boek vol spannende avonturen.
Hoewel de man daarmee in ieder geval tot op de huidige dan bekend gebleven is en van vooral Schateiland nog steeds weer hedrukken worden vervaardigd, is de filmwereld normaliter meer geïnteresseerd in de gekte van Jekyll and Hyde. Die dubbele naam is zelfs een gevleugeld woord geworden en wordt gebruikt om een persoon met twee gezichten aan te duiden. Het éne sympathiek en voorkomend, het andere boosaardig en destructief: variërend van aardig schizoïde tot en met compleet schizofreen tot in de derde macht. De veelzijdige schrijver ─ romans en verhalen, essays, dichter en auteur van reisboeken ─ werd op 13 november 1850 geboren.
Hoewel hij in een tijd leefde dat men een veel lagere levensverwachting hadden dan in de loop van de twintigste eeuw het geval was, en die nog steeds stijgend is, werd Stevenson als gevolg van een ziekte slechts 44 jaar oud.
Diverse interessante aspecten van zijn leven kan men nalezen op de Nederlandse Wikipedia-pagina.
 

__________
[1] Uit correspondentie van de auteur weten we dat hij een andere, dus oorspronkelijke, titel voor dat boek in gedachten had: The Sea Cook, or Treasure Island: a Story for Boys. 
__________
Afbeeldingen
1. Fin de siècle ornament linksboven op het voorplat van de versie van The Black Arrow ─  A Tale of the Two Roses voor het eerst verschenen in 1888 ─ van uitgeverij Cassell and Company Ltd. van 1913. De eerste Britse editie is eveneens bij Cassell verschenen; de Amerikaanse bij Scribner's. Het verhaal dat tevens onder de titel zonder het lidwoord the voor Two Roses is uitgekomen, is in het Nederlands vertaald als De Bende van de Zwarte Pijl.
2. De van oorsprong Schotse schrijver Robert Louis Balfour Stevenson.

donderdag 1 december 2011

Een goedkoope uitgave van Drijvende Klompjes van Samuel Falkland voor een grijpstuiver

Hedenmiddag vond ik in één van de stapels met, talrijk toegevoegde, opruimingsboeken in een antiquariaat in mijn woonplaats het boek waarvan hiernaast alleen het tekstgedeelte van het voorplat is bijgevoegd: Drijvende klompjes van Samuel Fakland ─ dat is Herman Heijermans (1864-1924). Het gaat daarbij om een herdruk van De eerste kleine Verschrikking uit de bundel Kleine Vreschrikkingen, zo laat de uitgever op de bladzijde tegenover het begin van het verhaal weten. Dat begint als volgt:

Ja, in zoover is het daaglijksch doen der dwaze lieden die den drang tot schrijven ondergaan, zonderling en vreemdsoortig, dat zij zelden of nooit de bewoogenheden van dichtbij, de ontroeringen van gister en vandaag voor hun littérair genoegen uitbuiten. Neem het bijna ondenkbaar geval dat een frisch-rondkijkend man, zonder ─ wat de lezer platweh stof noemt ─ zònder voorwerp van geestlijke genegenheid is, veronderstel dat hij door zorgen gejaagd voortbrengen móét, dat hij z'n vermoeid hoofd in de handen wringt, om er een onderwerp uit te persen ─ zo wellicht is de hypothese van hen die het uitingsgenot missen en de heuvelen en bergen welke enkelingen schiepen niet kennen ─ dan nòg zal hij de levensincidenten mijden, niet aanraken kùnnen, die 'm persoonlijk pijn hebben gedaan.

 Een mooie, barokke zin, die wel degelijk moet worden gelezen, om de 'gedachtensprongen' van de auteur te kunnen volgen.

__________
Afbeeldingen:
1. Tekstgedeelte op het voorplat van Drijvende Klompjes ─ tweede, goedkoope uitgave ─ verschen in 1909 bij C.A.J. van Dishoeck te Bussum.

2. Standbeeld voor Herman Heijermans van de hand van Joseph Mendes da Costa (1863-1939), in 1935 te Amsterdam geplaatst.